Zoeken in deze blog

zaterdag 18 februari 2017

Ultrakorte Verhalen Schrijven Online (2)

Dansen met Gilles

‘Laten we dansen, liefste, dansen aan de zee,' zingt ze. Gilles zong dit lied vaak voor haar.
De andere tafelgenoten staren voor zich uit.
‘Goedemorgen, mevrouw Glimmen, wat zijn we vrolijk,' klinkt de stem van zuster Joke, ’u treft het: vandaag is het douchedag.'

Als het warme water langs haar lijf stroomt, danst ze weer met Gilles in de golven. Hij tilt haar omhoog, vangt haar op en kust haar met zoute lippen.
 ‘We zijn weer klaar. Snel aankleden en naar de koffietafel.'
Vanuit de verte ziet ze Gilles lopen. Natuurlijk zal hij haar nooit in de steek laten.

Spijt

’Je doet het toch niet, hè?' roept mijn vrouw, als ik het stemhokje binnenstap. Een paar wekenlang heb ik hem vertroeteld, verzorgd en van wijze raad voorzien. Ik sta hoog in de ranglijst van beste Kamergotchibaasjes. Eenentwintig dagen heb ik Geert in leven gehouden. Moet ik hem nu laten stikken?
Ik pak het rode potlood met scherp geslepen punt. Niemand hoeft het te weten...
Ik kleur binnen de lijnen.
'Wauw,' hoor ik hem weer zeggen.  
 
‘Nee natuurlijk niet,' zeg ik tegen haar.
Als ik de verkiezingsuitslag zie, ontwaak ik uit mijn roes. Er is geen weg terug.

Ochtendstond

Het bos ruikt naar frisse morgendauw. De eerste zonnestralen schijnen door de bomen en vormen schaduwen op het pad. Een vroege jogger loopt zijn morgenrun. In gedachten verzonken, totdat zijn oog valt op de glans van iets kleins onder een eikenboom. Hij vertraagt zijn pas, bukt zich en pakt een goudkleurige aansteker op.  Met zijn mouw veegt hij de aarde weg. Hij leest de gegraveerde tekst: “Aurora, licht van mijn leven.”
Bij de jogger, normaal gesproken een nuchter ochtendmens, glinstert weemoedig een traan. Deze ochtendstond heeft goud in de mond.

De puntenslijper

Ze noemen hem ‘Puntenslijper': een lange, spichtige man. Hij zit aan een keurig opgeruimd bureau, waarop naast elkaar drie potloden met scherpe punten liggen. Hij is iemand, die graag de puntjes op de i zet. 
Hij heeft een geslepen tong, een scherpe blik.  Als hij je aankijkt, lijkt het, alsof hij dwars door je heen kijkt. Van alles maakt hij een punt: een echte scherpslijper.
Om strikt half elf drinkt alleen een kopje koffie; om precies half een opent hij zijn broodtrommel. 

Hij heeft geen vrienden. En daar maakt hij dan -vreemd genoeg- geen punt van.


Moordenaar
(Vervolg op ‘Graven' 15-02-2017)

Vol goede moed begint de man met de oranje tuinbroek aan zijn karwei. Wat gisteren niet is gelukt, moet vandaag af. 
‘Het is een moordenaar, mevrouwtje,' zegt hij, als hij mij met ontzag naar de grote boormachine ziet kijken.
‘Ik hoop, dat er nog iets heel blijft,' antwoord ik.
Intussen is het in huis ijzig koud, want het gas is afgesloten. Het geluid van de boor doordringt alles. 
‘Komt allemaal goed,' zegt hij, als ik hem warme koffie aanbied.

Vanuit mijn ooghoek zie ik een muis uit het gat wegrennen.
Ik ril; dit komt niet meer goed ...


Graven

De bel gaat. Als ik de deur open, zie ik een grote, logge man in een oranje tuinbroek met daaronder een blauwe trui. Zijn gezicht is vol stoppels, zijn handen zijn zwart van aangekoekt vuil.
‘Goedemiddag mevrouwtje, ik kom de gasbuizen vervangen.'

Een paar uur later heeft hij een diepe kuil gegraven. Hij staat tot zijn middel in de aarde. Het zit niet mee, het gaat hem niet lukken het karwei op tijd af te krijgen:
 ‘Eerst schaften bij moeder de vrouw. Morgen is er weer een dag.'
Ik kijk hem verbijsterd na, voor mijn deur gaapt een gat.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten